Gerelateerde artikels

split

Trending video's

split
Hoe train ik voor een marathon?
Hoe train ik voor een marathon?
Hoe train ik voor een marathon?
Examenstress
Examenstress
Examenstress
Run for MS - Antarctica Ice Marathon

Een avontuur erbij!

split
Begin september ben ik met drie vrienden op reis vertrokken. Onze bestemming? Vietnam. Het idee was om twee weken te gaan backpakken. We zouden een tocht maken van het noorden (Hanoi) naar het zuiden (Hoi An). Hoewel we aan de andere kant van de wereld zouden zijn, was ik uiteraard van plan mijn trainingen exact volgens het boekje af te werken. Zoals het hoort! Maar dat liep niet echt van een leien dakje…

In de hoofdstad Hanoi was de luchtvochtigheid extreem hoog, gemiddeld 90% of meer. Gevolg: enorm veel zweten! Mijn gemiddelde snelheid ging zienderogen achteruit. Hoewel ik steeds de minuten die op mijn schema stonden nauw opvolgde, gaven de afgelegde afstanden mij geen vertrouwen. Daarenboven had ik ook nog de pech dat het een aantal keer hard aan het regenen was. We kunnen het dus geen goede voorbereiding op de marathon op Antarctica noemen!

Hoe meer we afzakten naar het zuiden, hoe draaglijker de temperatuur werd. En hoewel de luchtvochtigheid nog steeds hoog was, raakte ik er toch meer aan gewend. Ik nam ook meer water mee tijdens de inspanning zelf. Dit zorgde ervoor dat ik meer hydrateerde en niet te fel aan snelheid moest inboeten. Via de blog van Christoph Vandewiele leerde ik dat het geen slecht idee zou zijn om veel kledij te dragen, dus probeerde ik dat eens. Het was zowaar iets aangenamer lopen! Op het einde van de rit was ik vooral blij dat ik niet in een woestijn moest gaan lopen, maar mij kon gaan uitleven in de koude. Daar speelt de uitdroging net iets minder.



Toen we in Hoi An waren, zag ik overal reclame voor de “Hoi An International Marathon”. Ik raakte geïntrigeerd. Ik moest die dag sowieso een langere training afleggen. Initieel was ik van plan om de geplande taxi-rit over te slaan en bij wijze van training te lopen naar de volgende stad (Da Nang). Maar hoe meer reclame ik in de straten zag, hoe enthousiaster ik werd om deel te nemen aan de wedstrijd! En zo geschiedde: de dag voor de Halve Marathon, ben ik mij gaan inschrijven. Dan was het uiteraard alle hens aan dek: ik moest nog een slaapplek zien te vinden, ontbijt zien te regelen en zorgen dat ik voldoende water had voor tijdens de wedstrijd. Een heuse queeste ging van start.

Ik werd 17 september om 4u ’s ochtends wakker. Ik had bij een plaatselijk ‘bakker’ (in België zouden we dit als een nachtwinkel omschrijven) een stuk bananenbrood gevonden. Daarnaast had ik nog twee energierepen met als smaak… banaan. En als dessert had ik twee bananen gegeten. Een evenwichtige maaltijd zou Pascal Naessens dit niet noemen – ikzelf eigenlijk ook niet, al denkt mijn petekind daar wel anders over, die zou er nog een bananenmilkshake bij willen voor de volledigheid. Evenwichtig of niet, het was het beste wat ik had kunnen vergaren in zo’n korte tijdspanne. Ik dronk daarnaast ook nog vlug 500ml Isostar – gelukkig niet met bananensmaak. En ik wandelde naar de start, 500 meter van mijn hotel.

Aan dat speciale gevoel voor een wedstrijd, zeker eentje waarin je het goed wil doen, geraak je toch nooit gewoon. Ik begon aan mijn ritueel: muziek in de oren, CamelBak nog eens goed vastmaken en rondom mij kijken naar de tegenstand. De moed zakte mij zowat in de schoenen als ik zag hoe professioneel de concurrentie er uitzag. Maar goed: there really was no way back! Om 5h werd het startschot gegeven en konik niet anders dan mijn best doen. En het startschot werd gegeven over 5… 4…. 3… 2…. 1.



De kogel vloog uit de revolver en ik vloog uit de startblokken. Mijn strategie was initieel om niet té snel te vertrekken en te zien wat het niveau was van de andere lopers. Dit ging goed… tot 100 meter. Ik liep in derde positie, op een tempo dat mij goed ligt. De mannen waarvan ik aan de start schrik had, waren ook diegene die rond mij liepen. Ik herbekeek daarom mijn strategie: in derde positie blijven en mezelf niet opblazen. Dit ging goed… tot kilometer 7. De Vietnamees die in eerste positie liep begon af en toe naar zijn been te grijpen. Ik dacht dat dit de uitgesproken kans was om een versnelling te plaatsen. Hij moest even passen en ik besloot daarom vol door te lopen om toch een gat te slagen. Ik begon wel te twijfelen of dit een juiste beslissing was. Er was al 1/3 van de wedstrijd gelopen, maar vooral: er moest nog 2/3 gelopen worden. Ik kan zelf veel energie en motivatie putten door iemand die voor mij loopt. Je hebt een mikpunt om naar toe te werken. Zeker op een langere afstand, wanneer je ruimschoots de tijd hebt om die persoon (potentieel) in te halen.

Ik had geen mikpunt meer. Ik had niemand voor mij behalve de politie. Maar die hield zich meer bezig met op een rare manier naar mij te kijken en een vreemde grimas op het gezicht te hebben. Om ongemakkelijk van te worden, maar goed: we zaten nu in deze situatie. Rond kilometer 9 begonnen de agenten tegen elkaar te praten, ik begon ook wat te twijfelen of we nog juist aan het lopen waren. Ik had namelijk op voorhand het parcours uit het hoofd geleerd en dit deel herkende ik toch niet meteen. Het lot van de koploper want helaas bleek ik al snel gelijk te krijgen. Iemand van de organisatie fietste naast mij om, in het Vietnamees, te zeggen dat ik fout aan het lopen was. Ik keerde meteen om en begon mijn weg terug en maakte de balans op: 2 kilometer te veel. Dan werd het toch even moeilijk in mijn hoofd: “wat als er andere lopers wel juist werden gestuurd? Zou ik dan nog winnen?”. Ik had mijn zinnen nu gezet op de overwinning.

Na 4 kilometer fietste dezelfde man van de organisatie naast mij. Ik liep op de vijfde plaats, zei hij. Toen ik om extra uitleg vroeg, lachte hij wat ongemakkelijk. Ik denk niet dat hij echt begreep wat ik zei. Ik werd er licht ambetant van, maar goed: we zaten nu in deze situatie, we konden er enkel maar het beste van maken. Ik begon stillaan andere deelnemers in zicht te krijgen. Mijn zinnen waren nu gezet op revanche. Ik kreeg er zowaar vleugels door. Ik heb de ziel uit mijn lijf gelopen, tegen een iets te hoge hartslag (althans dat zou mijn coach zeggen – sorry, Dietmar).



Toen we de stad begonnen te naderen, nam het verkeer toe. Mensen die klagen over de hoge kostprijs van de Golazo-evenementen moesten er bij zijn: hallucinant! Ik werd ingehaald door tientallen auto’s, brommers en fietsers. Dat niet alleen, ik kreeg ook geen voorrang. Beeld je in dat je na meer dan een uur lopen, ook regelmatig aan de kant moest gaan voor verkeer. Verkeer!! Pure waanzin. De politie die voor mij reed, veranderde dan ook nog eens af en aan van snelheid en was nu zo’n 100 meter voor mij aan het rijden. Ze trokken zich bitterweinig van mij aan. Het demotiveerde enorm! Er was maar 1 mogelijke strategie meer: verstand op 0, muziek op 100 en gaan met die banaan. Ik liep uiteindelijk over de finish in 1h46 voor 23 kilometer of 1h39 voor de halve marathon. Verre van mijn persoonlijk record, maar in deze omstandigheden toch blij met het resultaat. De organisatie besloot mij niet als vierde uit te roepen, maar toch de eerste trofee te geven. Ik had de halve marathon gewonnen! En ik had er een avontuur bij.

Bekijk alle artikels